Dirkje Kuik (1929 - 2008)

   

Dirkje Kuik (Utrecht, 7 oktober 1929 – aldaar, 18 maart 2008) was een Nederlands schrijver en beeldend kunstenaar.

Dirkje Kuik, pseudoniem voor Kees Slachters (1929), was schrijver van proza en gedichten en daarnaast kunstschilder, graficus, tekenaar en illustrator.

Zij  werd in 1929 geboren in Utrecht als William Kuik en groeide op in haar geboortestad. Gaandeweg werd zij zich ervan bewust dat in haar mannenlichaam een vrouw schuilging.

‘Ik woog vijfenveertig kilo, was broodmager, mijn ribben waren te tellen, had lelijke stokkerige armpjes, dunne benen en vertoonde een lichaamsontwikkeling van een jongen van een jaar of veertien. Mijn leeftijd werd tegen de zeventig geschat’

Op haar achtenveertigste (1977) begon Dirkje met de behandeling die haar tot vrouw moest maken. Vanaf die tijd ging zij de voornaam Dirkje bezigen. Dirkje onderging haar geslachtsaanpassende operatie in het Charing Cross Hospital in Londen, in maart 1981 en ging sindsdien geheel door het leven als vrouw.

Over haar operatie, haar belevenissen als “genderdiasporapatiënt”, zoals zij het noemde en hoe zij haar leven na de operatie weer oppakte schreef ze uitgebreid, met name in “Huishoudboekje met rozijnen”, een verzameling van haar herinneringen die teruggaan tot haar vroegste jeugd, de crisistijd van de jaren dertig.

Dirkje studeerde enige tijd aan de Rijksacademie van beeldende kunsten in Amsterdam, was kunstrecensent bij Het Parool en tekende voor Vrij Nederland. In 1960 richtte ze samen met Moesman en Henc van Maarseveen het grafisch gezelschap De Luis op. De deel nemende kunstenaars met uiteenlopende ideeën wisselden elkaar af gedurende twintig jaar.

Als graficus, illustrator en tekenaar legde ze zich toe op stadsgezichten, figuurvoorstellingen en portretten; daarnaast was ze schrijver en dichter. Ze debuteerde in 1969 met de bundel 45 Gedichten, nog onder de naam William D. Kuik. Het werk wordt gezien als belangrijke bijdrage tot de Nederlandse neoromantische stroming. Voor Utrechtse Notities uit 1969 ontving ze de Prozaprijs van de gemeente Amsterdam. De door Kuik zelf geïllustreerde feuilleton De held van het potspel uit 1974 werd bekroond met de Vijverbergprijs.

Van 1958-1963 en van 1968-1972 was ze lid van het genootschap Kunstliefde, een Utrechtse vereniging van kunstenaars en kunstminnaars, opgericht in 1807. Na haar dood werd een expositie ingericht bij Kunstliefde aan de Nobelstraat als drieluik, beeldend werk, biografisch overzicht van haar leven en beeldend werk van tijdgenoten. In 2008 werd in haar voormalig woonhuis aan de Oudekamp 1 te Utrecht een museum ter ere van haar werk ingericht.

In het Huishoudboekje met rozijnen inden we portretten van haar ouders, twee mensen die onvergetelijk voor haar zijn, maar ook portretten van wat men noemt historische figuren: de hertog van Parma, Casanova en Marie-Louise de tweede vrouw van Napoleon. Dirkje laat in deze verzameling herinneringen ook haar gedachten gaan over 'gender-diaspora' (geslachts-verstrooiing), een medisch probleem dat een grote rol heeft gespeeld in haar leven. Vanzelfsprekend zijn deze verhalen geïllustreerd met tekeningen van de schrijfster.

De zeven min of meer losse essays, die alle toch met elkaar verbonden zijn, omdat de emotionele beleving van de transsexualiteit als een rode draad door het boek heen loopt.

De vele filosoferende uitweidingen en de lange zinsconstructies maken het boek vaak moeilijk doorgaanbaar. Dergelijke afstandelijke, illusieloze beschrijvingen van het eigen lijf en zijn onmiddellijke omgeving zijn overvloedig in de boeken van Kuik aanwezig. Wetenswaardigheden uit zeer uiteenlopende gebieden - neem de napoleontische oorlogen of grafische technieken of kleine vuurwapens - tref je trouwens aan in al haar verhalen.

Na haar operatie was Dirkje een spijkerharde, tekenende, etsende, schrijvende,dus stevig werkende, nuchtere mevrouw, die over zichzelf laat weten: ‘Ik ben een ijdele vrouw, zal het blijven tot mijn dood toe.’ Na haar operatie heeft ze tot de Hoge Raad door gevochten om haar vrouwelijke identiteit plus naam te mogen wijzigen bij de Burgerlijke Stand, de raad besliste positief december 1985, waardoor alles gewijzigd kon worden in 1986.

Werken

Utrechtse Notities (1968)

De twee snoeken (1977 en 1980)

45 gedichten (1969)

De nachtcactus bloeit (verhalen, 1982),

Huishoudboekje met rozijnen (1984)

Het kindercircus. Een studie in zwart en mauve (1985).

De speurdersroman De N.V. Dopiflex (1991), dit werd in 1992 genomineerd voor de Gouden Strop; het was Kuiks debuut in het genre.

Piranesi & zijn dochter (verhalenbundel) (1994).

Het tuintje van meneer de Daas (1980)

Het zwart konijn (1983)

Bron

http://nl.wikipedia.org/wiki/Dirkje_Kuik (Wikipedia)

Museum Dirkje Kuit

http://www.dirkjekuik.com/

Dirkje Kuik – Huishoudboekje met rozijnen (1984)

http://www.hansvervoort.nl/index.php?page=3&articleId=82

http://www.dbnl.org/tekst/_ons003199701_01/_ons003199701_01_0112.php