
Brunhild (in het Oudnoords
Brynhildr) is een schildmaagd die
in de overlevering een belangrijke positie inneemt, omdat haar
belevenissen zowel in verschillende Scandinavische verzen uit de Edda,
zoals de Völsunga saga, als in het continentale Nibelungenlied zijn
terug te vinden.
Haar geschiedenis is gebaseerd op mythische verhalen
die stammen uit een vroege orale traditie.
Brunhild hield een zwaard
in haar hand, had een helm op haar hoofd en droeg een maliënkolder. Haar aanbidder Sigurd maakte haar het
hof, maar zij wees hem af.
‘Het lot wil niet dat wij ons leven delen. Ik ben een schildmaagd en ik
draag net als krijgsheren een helm. Ik sta hen bij en ik ben niet
afkerig van oorlog voeren.’
Zij voegde hem ook nog de opmerkelijke woorden toe dat het niet
verstandig is een vrouw te vertrouwen, omdat die voortdurend hun
belofte breken. De bepantserde en zwaardvechtende Brunhild die haar
tegenstander volgens de Völsunga saga in de strijd versloeg, kleedde
zich niet alleen als een man, maar gedroeg zich ook mannelijk en
praatte zelfs als een man. In haar hele doen en laten was Brunhild een
man.
Zij verbleef als een gewapende krijger in een versterking en niet als
een huisvrouw in haar eigen huiselijke omgeving. Dit alles druist in
tegen elke conventie hoe een vrouw eruit zou moeten zien en hoe zij
zich diende te gedragen. Brunhilde werd bovendien beschreven als een
Walkure, een mythische vrouw die naar de slagvelden vloog om de
dapperste gesneuvelde strijders voor het hemelse hiernamaals uit te
kiezen.<