Transpioniers

Genderdysforie, of, zoals het toen heette ‘transsexisme’, was tot in de jaren '70 van de vorige eeuw niet algemeen bekend in Nederland - laat staan geaccepteerd. Veel verder dan sensationele berichtgeving kwam men niet. Verbazing en nieuwsgierigheid waren nog milde reacties; afschuw en afwijzing kwamen vaak voor. In de beeldvorming waren transseksuelen óf prostituees die het nachtleven voorzagen van een pervers randje óf psychiatrisch ernstig getroubleerde mannen. Dat er ook vrouw-naar-man transseksuelen bestonden, dus geboren meisjes, leek bijna niemand te weten.

Transseksuelen die in de jaren '60 en '70 te maken kregen met psychiaters, hadden vaak weinig goeds van hen te verwachten. Transseksualiteit stond officieel te boek als een ‘monosymptomatische psychose’. Er werd gewerkt met elektroshocks, met eindeloze therapieën. De overtuiging tot het andere geslacht te behoren moest uit het hoofd worden uitgepraat. Ondertussen zochten vooral de man-naar-vrouw transgenders hun eigen weg.

Aaicha Bergamin, 81 jaar oud: “Homofiel met een trauma. Dat werd mij letterlijk verteld door een psychiater, die mij insloot in Heiloo. Ik moest daar blijven tot ik 21 jaar oud zou zijn. De volgende dag ben ik gevlucht en naar Parijs gelift. En daar kwam ik in het nachtleven terecht.”


Geboren in het verkeerde lichaam, tot in de jaren ’70 was er veel onbegrip en onkunde over transseksuelen. Artsen die wilden helpen, werd verweten dat ze sneden in een gezond lichaam. Hun patiënten zouden geestelijk in de war zijn en dus voer voor psychiaters, niet voor hormoonartsen en chirurgen.

In veel steden was het volgens een politieverordening verboden zich openbaar te vertonen in kleding van het andere geslacht.
De politie greep dit aan om transseksuele prostituees lastig te vallen. Als een lolletje, een verzetje op een rustige avond.
Pesterijen en vernedering waren voor hen een bijna dagelijkse praktijk.
De pioniers van toen vertellen hun soms schokkende verhaal.

Zij kochten vrouwelijke hormonen op de zwarte markt. Voor geslachtsoperaties was Casablanca of Londen het aangewezen adres. Een keuze voor jezelf betekende automatisch een keuze tegen de maatschappij en een enkeltje richting outcast. Het was vrijwel onmogelijk om een normale baan krijgen. In het onwaarschijnlijke geval dat je door collega’s werd geaccepteerd, had je nóg de juiste papieren niet.

Artsen die transseksuelen wilden helpen, werd verweten dat ze gezonde lichamen verminkten. Hun patiënten zouden geestelijk in de war zijn en dus verwezen moeten worden naar psychiaters, niet naar hormoonartsen en chirurgen.
Wetenschappelijk is inmiddels bewezen dat de enige remedie is: het lichaam aanpassen aan de geest, niet andersom.

Wie waren deze artsen die hun nek uitstaken, nota bene bij het gereformeerde VU-ziekenhuis? Wat betekende het voor de patiënten van toen om de eerste 'goedgekeurde' transseksuelen te zijn, en lukte het om een plek in de samenleving vinden?


bron: Andere tijden : Transgenderpioniers


Transgnderpioniers

1838 Herculine Barbin

1847 Ernest Boulton

1882 Lili Elbe

1890 Alan L. Hart

1915 Michael Dillon

1918 Roberta Cowell

1926 Chrsitine Jorgensen


1926 Jan Morris

1928
Charlotte von Mahlsdorf


1931 Cocinelle

1932
Aaicha Bergamin

1935 April Ashley

1944 Maartje ’t Hart

1961 Norrie Mae Welby


1983 Geena Rocero

1984 Laverne Cox

zie ook:

Historische crossdressers

Documentaire Transgenderpioniers (Andere tijden)



Als je een aanvulling of opmerking hebt over deze site dan kun je een mailtje sturen naar Transarchief