Historische vrouwelijke crossdressers /



Personen die zich niet met hun aangeboren geslacht identificeren, worden tegenwoordig met het begrip
transgender aangeduid. In vroeg-middeleeuwse bronnen komen we daarvoor geen equivalent tegen, laat staan dat gradaties als crossdressing of androgynie benoemd werden. Dat kunnen we, als het meezit, slechts uit de context opmaken.
In het Middelnederlands had virago de betekenis van "vrouwelijke strijder" of "heldin". In sommige oudere vertalingen werd virago daarom vertaald als "mannin" of "heldin". In het moderne Nederlands wordt de betekenis pejoratief (negatieve aanduiding) en wordt het gebruikt als synoniem van manwijf.

Over middeleeuwse vrouwen zijn veel minder bronnen te vinden dan over mannen. Desalniettemin maakt historicus Luit van der Tuuk in ‘Lof en laster’ duidelijk dat vroeg-middeleeuwse vrouwen veerkrachtig, vindingrijk en bekwaam waren. Vrouwen waren volgens Van der Tuuk, expert op het gebied van de vroeg-middeleeuwse geschiedenis van Noordwest-Europa, in staat (politieke) macht, kennis en creativiteit buiten de huiselijke sfeer uit te oefenen. Bovendien waren ze in staat (politieke) macht, kennis en creativiteit buiten de huiselijke sfeer uit te oefenen. Van der Tuuk reconstrueert in zijn boek de levens van adellijke en gewone vrouwen. Op basis van archeologisch bewijs en geschreven bronnen ontstaat het beeld van krachtige vrouwen, in een periode waarin de macht van de kerk voortdurend toenam.

In de vroeg-middeleeuwse tribale samenleving werden vrouwen die als man door het leven gingen weliswaar als onhandelbaar en koppig beschouwd, maar uit Scandinavische teksten kunnen we afleiden dat deze vrouwen, die ook wel manwijven genoemd werden, desondanks maatschappelijk geaccepteerd waren. Onder kerkelijk regime kwam daar verandering in en werden ook vrouwen diezich als mannen identificeerden, als verdorven gehekeld.

Volgens het Bijbelboek Deuteronomium mag een vrouw geen mannenkleren dragen, zoals een man ook geen vrouwenkleren mag aantrekken.
("Het kleed eens mans zal niet zijn aan een vrouw, en een man zal geen vrouwenkleed aantrekken; want al wie zulks doet, is den HEERE, uw God, een gruwel.") Althans, dat hebben latere vertalingen ervan gemaakt. In de oorspronkelijke Hebreeuwse redactie lijkt geen sprake van kleding, maar eerder van uitrusting in het algemeen. Een prangende vraag blijft wat nu eigenlijk "manskleren" zijn en wat een "vrouwenkleed" zich daarvan onderscheidt. De woorden 'broek' en 'rok' komen in de Bijbel niet voor. Het meest waarschijnlijke is dat in oud-testamentische tijden zowel vrouwen als mannen (lange) onder- en bovenkleden droegen, die alleen in de kwaliteit van de stof en in kleur onderling verschilden.

In het verleden kwam crossdressing bij vrouwen voor om een mannenberoep te kunnen uitoefenen, bijvoorbeeld om zich als matroos tekunnen aanmonsteren op een schip of om als soldaat in dienst te kunnen gaan bij het leger. Bekende voorbeelden hiervan zijn Aal de Dragonder en Catalina de Erauso Pérez de Galárraga (1592-1650). Het oudste voorbeeld is misschien wel farao Hatsjepsoet (ca. 1479 v.Chr. - 1458 v.Chr.) die om haar functie te kunnen bekleden werd afgebeeld met mannelijk bovenlichaam en/of mannenkleding en zelfs met de ceremoniële baard.


Several tales of the Desert Fathers speak of monks who were disguised women, and being discovered only when their bodies were prepared for burial. One such woman, Marina the Monk, died 508, accompanied her father to a monastery and adopted a monk's habit as a disguise. When falsely accused of getting a woman pregnant, she patiently bore the accusation rather than revealing her identity to clear her name, an action praised in medieval books of saints' lives as an example of humble forbearance.
In monarchies where the throne was inherited by male offspring, male descendents of deposed rulers were sometimes dressed as female so that they would be allowed to live. One example was the son of Korean Princess Gyeonghye, herself the daughter of a former king, who was dressed in female clothes in his early years to fool his great uncle into thinking he was not a male descendant of Munjong.


Verhalen over strijdlustige vrouwen zijn uit verschillende delen van Noordwest-Europa bekend. Romeinse auteurs verhaalden over vrouwelijke krijgers op de Britse eilanden, zoals de Keltische koningin Boudica die in de eerste eeuw van onze jaartelling aan het hoofd van een Britse legermacht tegen de Romeinse bezetters streed. Voor de veldslag sprak zij haar troepen toe.

De Byzantijnse geschiedkundige Procopius verhaalde van een Angelsaksische prinses die in de vroege zesde eeuw als kind was uitgehuwelijkt aan Radigis, een koningszoon van de Warnen uit het gebied van de Rijnmonding. Kort voor zijn dood koos de koning een andere bruid voor zijn zoon, waarop de overzeese verloofde van de prins furieus met een gewapende vloot de Noordzee overstak. Volgens Procopius voelde zij zich door haar verloving als het ware ontmaagd. Het ‘eilandmeisje’ versloeg de Warnen, nam Radigis gevangen en dwong haar afvallige bruidegom alsnog met haar te huwen


De meeste vrouwen die zich als mannen identificeerden, zullen onder maatschappelijke druk de beleving van hun genderidentiteit verbloemd hebben en zich voor de buitenwereld als vrouw gedragen hebben. Van zulke latent transmasculiene personen komen we maar weinig te weten. Alleen als ze zich afwijkend van de norm gedroegen, werd dat door de kerk als zondig verworpen en een enkele keer als zodanig op schrift gesteld.

Er deden verhalen de ronde over mythische schildmaagden, onafhankelijke, krijgshaftige vrouwen die regelmatig op het slagveld te vinden waren. Ze waren gewelddadig, kleedden zich als mannen en hanteerden wapens. Kortom, het waren ruwe types die zich gedroegen op een manier die als uitgesproken masculien getypeerd kan worden. We komen hen tegen in verhalen van Germaanse volken, zoals de Goten en de Marcomannen.


Naast legendarische schildmaagden als Brunhilde zijn er ook historische getuigenissen opgetekend over vrouwen die aan een gewapende strijd deelnamen. Ze lijken gemodelleerd naar de Amazones uit de klassieke oudheid, mythische vrouwen die al volgens de Griekse Ilias in de Trojaanse oorlog meevochten.


In de negende eeuw ging de Frankische prinses Judith er in mannenkleren met haar vrijer Boudewijn vandoor. Zij verkleedde zich om niet herkend te worden en niet omdat zij een andere genderidentiteit wilde beleven.

In Slowakije werden zestien vrouwengraven van de Avaren, een Turks nomadenvolk uit de zevende en achtste eeuw gevonden dat zich in midden-Europa had gevestigd, waarin typische vrouwenzaken ontbraken. De doden waren met paarden begraven, een typerend grafgebruik voor mannelijke strijders. We zagen dat ook in Engeland en Scandinavië waar vrouwen met wapens werden begraven. Daarmee komt de vermelding van Paulus ‘de Diaken’ over Amazones in de betekenis van strijdende vrouwen misschien niet geheel uit de lucht vallen.

In Engeland komen we Aethelburg tegen, de stoutmoedige gemalin van de koning van Wessex, die in 722 het door haar echtgenoot gebouwde fort Taunton verwoestte om te voorkomen dat het door opstandelingen zou worden ingenomen.

In een verhaal uit de kroniek De oorlog van de Ieren tegen de vreemdelingen vinden we de onverschrokken vrouw die we kennen als Inghen Ruadh (de Rode Maagd). Zij was in de tiende eeuw aanvoerster van een bende Vikingen, plunderende Noormannen die tegenwoordig met het toppunt van machogedrag geïdentificeerd worden. Zij viel het Ierse koninkrijk Munster binnen en had de moorddadige reputatie dat zij geen krijgsgevangenen maakte. Inghen Ruadh zou als meedogenloze Viking nog lang een legendarische naam houden.

De maagd Stikla trok weg uit haar vaderland Noorwegen, omdat zij zich liever in het krijgsbedrijf dan in het huwelijk wilde bekwamen. Samen met haar wapenzuster Rusila leidde zij een piratenleven. Ze vielen schepen aan en plunderden havenplaatsen in Scandinavië en de Britse eilanden. Uiteindelijk zou Stikla tot tevredenheid van de auteur van hun belevenissen toch huwen, want volgens hem paste het een vrouw niet om het huwelijk te ontlopen.
Er zijn in dit soort verhalen zo veel woeste en heerszuchtige vrouwen te vinden dat het onaannemelijk is dat die allemaal op fantasie berusten. Tijdgenoten lijken niet verwonderd te zijn geweest over de krijgshaftige vrouwen die ze beschreven, en dat is nog van groter belang dan dat ze hen überhaupt noemden. Het betekent dat zij niet erg uitzonderlijk waren.

Hoewel er naast de genoemde Angelsaksische en Ierse voorbeelden overal verhalen over deze onbevreesde vrouwen voorkomen, zijn ze vooral bekend uit het niet of slechts marginaal gekerstende Scandinavië. Uit het Tweede lied van Helgi de Hundingdoder blijkt dat vrouwen in het noorden als Viking aan de strijd deelnamen:

Een vrouw onder de Vikingen was voor de IJslandse toehoorders van deze vertelling niet ongewoon. We komen verschillende van dit soort verwijzingen in Scandinavische saga’s tegen.

“De meeste vrouwen die zich als mannen identificeerden, zullen onder maatschappelijke druk de beleving van hun genderidentiteit verbloemd hebben en zich voor de buitenwereld als vrouw gedragen hebben.”
Vrouwen die vanwege hun genderidentiteit hun vrouwelijkheid ontkenden en een mannelijke rol aannamen, deden er vanzelfsprekend alles aan om aan een huwelijk te ontkomen. Soms gingen zij het avontuur aan, zoals de Scandinavische prinses Alvild die mannenkleren aantrok en een leven als woeste zeerover begon. Nadat zij meerdere gelijkgestemde jonge vrouwen in haar bende had opgenomen, kwam zij bij toeval op een plek waar een stel rovers rouwden om hun gestorven hoofdman. Ze kozen Alvild tot hun nieuwe aanvoerster, waarna zij optrad op een manier die ‘de dapperheid van een vrouw te boven ging’.

In Frankrijk tijdens de Honderdjarige Oorlog was crossdrssing voor vrouwen een manier om zich tegen de Engelsen te keren. Jeanne d'Arc (1412-1431), kleedde zich als ridder en het feit dat ze zich als man had verkleed was één van de  redenen dat zij op de brandstapel terecht kwam .

zie ook:

Aal de Dragonder

Adriana La Noy

Amazones

Boudica

Brunhilde

Catalina de Auraso
Pérez de Galárraga

Christina van Zweden

Epipole van Carystus

George Sand

Hannah Schell

Hatsjepsoet (farao)

Jeanne d'Arc

Julie d'Aubigny

Macha

Madame Imbert

Maria van Antwerpen

Mary Ann Keeley

Mary Jane Read

Mary Lacy

Matrona (Babylas) van Perge

Nijlgod Hapy

Pallas Athene

Pausin Johanna

Sarah Emma Edmonds

Victor Barker

Weha

William Brown

Women in ancient warfare

List of wartime cross-dressers


Transmannen

Dragkings

literatuur

Transmannen – ‘Manwijven’ in de vroege middeleeuwen

Lof en laster / Luit van der Tuuk

Vikingen - Noormannen in de Lage Landen /  Luit van der Tuuk


Als je een aanvulling of opmerking hebt over deze site dan kun je een mailtje sturen naar Transarchief