Hapy
(ook geschreven als Hapi) was een Egyptische Nijlgod die stond voor de
vruchtbaarheid door de overstromingen van de
Nijl. Hapi wordt niet alleen met de overstroming maar ook met de Nijl
zelf vereenzelvigd. Hapy werd ook vereenzelvigd met de dieren die met
deze rivier verbonden waren zoals krokodillen en vissen.
In het Middenrijk wordt Hapy door de Egyptenaren dan ook wel de
“meester van de vogels, de vissen, de krokodillen en de kikkers”
genoemd. Vanwege het feit dat de Nijl de bron van levensonderhoud was,
werd Hapi ook wel als een scheppergod gezien. Hij wordt meestal
afgebeeld als een weldoorvoed man met een uitpuilende
buik en hangende vrouwelijke
brosten.
Zijn enige
kledingstuk is een korte riem om zijn
middel of een simpele lendendoek. Op zijn hoofd draagt hij een
hoofdtooi
van papyrus- of lotusplanten. In zijn handen houdt hij doorgaans de
stengels
van de papyrus en de witte iris vast, tezamen met een offerplaat. Zijn
lichaam heeft vaak de blauwe kleur van de vruchtbaarheid. In het Oude
Rijk, dat wil zeggen aan het begin van de 5de dynastie, zoals
bijvoorbeeld in de dodentempel van Sahoera, zijn de onderste registers
van de tempelmuren versierd met Hapy en andere vruchtbaarheidsgoden die
allemaal een offerplaat dragen. Soms wordt Hapy afgebeeld met de
gelaatskenmerken of fysieke kenmerken van de regerende farao. Op deze
wijze wordt de koning geassocieerd met het garant staan voor de
vruchtbaarheid van het land. Hapy wordt weleens
gezien als godin, omdat hij beide
geslachtskenmerken
heeft.
Hapy heeft borsten en een valse baard.
Limestone slab showing
the Nile flood god Hapi. 12th Dynasty. From the foundations of the
temple of Thutmose III, Koptos, Egypt. Petrie Museum of Egyptian
Archaeology, London De
god Hapy
zorgde ervoor dat de Nijl ieder jaar
weer overstroomde en vruchtbaarheid bracht. De oude
Egyptenaren
waren voor hun levensonderhoud afhankelijk van de overstromingen van de
Nijl. Ieder
jaar trad de Nijl buiten zijn oevers en liet het
vruchtbare slib achter op de oevers van de rivier. Een te hoge of te
lage overstroming kon desastreuze gevolgen
hebben voor de landbouw en daarmee ook het levensonderhoud van de
Egyptenaren. Hapy zorgde voor de balans tussen de overstroming en de
vruchtbaarheid. De Egyptenaren noemden de overstroming dan ook “de
komst van Hapi”.
De cultus van Hapy was in het Oude Egypte erg
populair. Er werden offergaven gegeven om ervoor te
zorgen dat het wassen van de Nijl, ook wel de komst van Hapy genoemd,
groot was. Hapy
werd
meestal vereerd op plaatsen waar de loop van de Nijl nauwer
werd en daardoor de meeste turbulentie gaf zoals in de buurt van Gebel
el-Silsila. Ook zou Hapy zich schuil houden in een grot in de buurt van
Assoean ter hoogte van de eerste cataract in de Nijl. Uit de “Hymne van
Hapy” blijkt dat hij geen eigen tempels of andere vereringsplekken had
waar de Egyptenaren hem konden aanbidden. Meestal werd hij in tempels
van de andere goden aanbeden. Wel werden door de oude Egyptenaren
jaarlijkse festivals georganiseerd om Hapi te vereren.
De partners van Hapy waren de godinnen Nechbet en
Wadjet, de godinnen van respectievelijk Opper- en Neder-Egypte. Later
deelde Hapy, door zijn associatie met de god van het oerwater Noen,
diens partner Noenet.
Vanaf de
19de dynastie in het Nieuwe Rijk is er een duidelijke
associatie te zien van Hapy met de vereniging van Opper- en
Neder-Egypte. Een voorbeeld hiervan zijn de afbeeldingen op de
kolossale zitbeelden van Ramses II in de Luxor tempel.
De dubbele
figuur van Hapy is op deze beelden spiegelend afgebeeld. In zijn handen
houdt hij de stengels van de rijksplanten van Opper- en Neder-Egypte,
de papyrus en de witte iris. Het lijken nu touwen die worden vast
geknoopt aan het teken voor de vereniging van Opper- en Neder-Egypte
ook wel “sema” genaamd. Sema is een hieroglief en het teken stelt twee
longen voor die verbonden zijn met een luchtpijp. Het geeft het symbool
weer voor de verbintenis van twee gelijke delen en dat is hier Opper-
en Neder-Egypte.
Hapy is ook de naam van een van de vier zonen van Horus. Hij
heeft een bavianenkop en bewaakt de longen. Deze Hapy wordt
geassocieerd met 'zonsopgang' omdat bavianen op het moment voor de
opkomende zon een schril geluid door het oerwoud laten klinken. Deze
gebeurtenis is symboliek voor de wederopstanding van de ziel in de
andere wereld. Aangezien er in Egypte geen bavianen voorkomen, moet dit
symbool van elders zijn gekomen, namelijk uit het zuiden.
Als je
een aanvulling of opmerking hebt over deze site dan kun je een
mailtje sturen naar Transarchief