Transgender -
Transpersoon - Transman en Transvrouw
Over transgenders
bestaan veel misvattingen en vooroordelen. Ook is er veel
begripsverwarring en vaak heb ik mensen moeten uitleggen wat nu
eigenlijk een transgender is. Tot de jaren negentig was het begrip
“transgender” ook nog niet bekend.
Sommige mannen die geboren zijn als vrouw of vrouwen die geboren zijn
als man voelen zich niet, of niet helemaal, thuis in de geslachtsrol
die past bij de uiterlijke geslachtskenmerken van hun geboorte. De
officiële benaming voor dit gevoel is genderdysforie, een gevoel van
onbehagen met het eigen geslacht.
Transgender is een parapluterm en kan voor verschillende uitingen en
identiteiten gebruikt worden, uiteenlopend van crossdresser,
travestiet, intersekse persoon en androgyn. Het is dan ook om die reden
dat op
het Transarchief en op de Facebook site van het Transgendermuseum
aandacht besteed aan al deze onderwerpen.
Vanaf de jaren negentig wordt de term transgender gebruikt als begrip
voor personen bij wie de genderidentiteit en/of genderexpressie anders
is dan het geslacht dat bij zijn/haar geboorte werd genoteerd.
Transgenders omvatten een breed spectrum van genderdiverse personen.
Naast de term "transgender" worden de term "transpersoon", transgenderist, "trans",
"transvrouw" of "transman", “crossdresser” (Engels voor
'kruiselings gekleed' gaan) gebruikt en noemt iemand zich "non-binair" als hij/zij zich niet
volledige identificeert als man of vrouw en zich dus buiten de binaire hokjes beweegt.
Bij travestie en crossdressing (Engels
voor 'kruiselings gekleed' gaan) gaat het puur om de verkleding, zoals
dit gebeurt in sommige volksgebruiken, zoals carnaval en hartjesdag
en ook bij female impersonators, dragqueens
en male impersonators. Bij non-binair gaat niet zozeer om de verkleding, maar meer om hoe iemand zich voelt.
Voorheen werden transgenders aangeduid als "travestiten) (Hirschfeld)
en "transseksuelen" (David O. Cauldwell) De term transseksueel is echter
feitelijk geen juiste benaming. Transseksualiteit heeft immers maar
zijdelings te maken met seksualiteit, niets te maken met het geslacht
van de mensen tot wie men zich aangetrokken voelt, maar alles met de
eigen genderidentiteit.
Lang niet alle transgenders willen een geslachtsverandering. Sommigen
zijn tevreden met het lichaam dat zij bij hun geboorte hebben
meegekregen.
Daarnaast kan ook de innerlijke identiteit sterk variëren. Zo kan de
term transgender mensen omvatten die zich non-binair, bigender,
pangender, genderfluïde, agender of van het derde geslacht noemen, wat
voorheen wel werd samengevat onder de term transgenderisme en
tegenwoordig voornamelijk als genderqueer wordt aangeduid.
Wanneer iemand het als een psychisch probleem ervaart dat de eigen
genderidentiteit en het geboortegeslacht niet overeenkomen, kan er
sprake zijn van genderdysforie.
Mannen/vrouwen die een
geslachtsaanpassensde operatie hebben ondergaan zijn feitelijk
ex-transman cq
ex-transvrouw,
maar willen liever als “man”of “vrouw” door het leven gaan.
Transpersonen geven zelf
vorm aan hun "trans" zijn en kiezen zelf welke term zij voor zichzelf
willen gebruiken.
Sommigen gebruiken liever de term "genderqueer" of "genderneutraal"
overkoepelende termen voor genderidentiteiten die
niet exclusief mannelijk of vrouwelijk zijn. Andere termen hiervoor
zijn non-binair en genderexpansief.
Transgenderist
In de brochure
Travestie: een serieuze (nood)zaak introduceert
sexuoloog en psycholoog
Paula Vennix de term transgenderist
voor personen die zich zowel man als vrouw voelen of noch man noch
vrouw. (Motmans 2009 en
Paula Vennix
2010). Dit begrip wordt door transgenders zelf vrijwel niet gebruikt. Het is maar net welke
term het best bij je past: crossdresser, genderbender,
genderqueer, non-binair, ....
De
Berlijnse seksuoloog Magnus
Hirschfeld (1868 - 1935) was
de eerste die het fenomeen leven in een genderrol die niet overeenkomt
met zijn / haar natuurlijke sekse wetenschappelijk benaderde. In 1910
publiceerde hij
hierover de wetenschappijke publicatie: Die Transvestiten : Eine
Untersuchung über den erotischen Verkleidungstrieb.
De termen travestieten en
stransseksuelen wordt door sommigen nog steeds gebruikt, maar velen
geven tegenwoordig de voorkeur aan de term transgender of crossdresser.
Hoeveel
transgenders zijn er in Nederland? Hoeveel
transgenders er in Nederland zijn, is niet bekend en
hangt bovendien af van de gehanteerde definitie. Transgender omvat een wijd spectrum en
loopt
van mensen die zich graag af en toe als vrouw/man willen
verkleden tot mensen die
daadwerkelijk een
geslachtsverandering willen ondergaan. Er zijn in Nederland
naar
schatting ruim 48.000 personen van 15 tot 70 jaar. Op basis van onderzoek valt ongeveer
2,3
procent van de Nederlandse bevolking onder de transgenderparaplu
.
De
transgender vlag is gemaakt door Monica Helms in 1999. Ze ontmoette
de designer van de biseksuele vlag, Michael Page, een tijdje daarvoor.
Hij zei tegen Helms dat ook de transgendergemeenschap een vlag nodig
had. Helms heeft daarna de huidige transgendervlag gemaakt. De kleur
lichtroze
staat voor vrouwelijkheid of het gevoel vrouw te
zijn. De kleur wit staat voor genderneutraal,
De
kleur lichtblauw staat voor mannelijkheid of het gevoel man te zijn.
De
vlag werd voor het eerst gebruikt in 2000 tijdens een Pride Parade in
Phoenix, Arizona (VS).